Jaarrekening

Overzicht van baten en lasten en toelichting

Wat heeft het gekost? (x € 1.000)

Programma 5

Natuur en landelijk gebied

Jaarrekening
2023

Ontwerp begroting 2024

Actuele begroting 2024

Jaarrekening 2024

Bedrag verschil

Lasten

127.835

174.607

151.074

134.393

16.680

Baten

-16.004

-20.781

-26.739

-17.710

-9.029

Saldo van baten en lasten

111.831

153.826

124.335

116.684

7.651

Stortingen reserves

40.039

27.486

35.460

35.592

-132

Onttrekking reserves

-47.492

-89.528

-64.727

-51.383

-13.344

Resultaat

104.378

91.784

95.068

100.893

-5.825

Verschillenanalyse programma 5

Toelichting

Lasten

Baten

Storting

Onttrekking

Resultaat

Totaal programma 5

16.680

-9.029

-132

-13.344

-5.825

5.1. Beschermen en ontwikkelen van NNN en Natuur

De voornaamste oorzaken van de lagere lasten en onttrekking uit de reserve Groen zijn:
Proceskosten € 1,4 miljoen; met het wegvallen van het Transitiefonds is grote onzekerheid ontstaan over de financiering van de uitvoering. Door onzekerheid over budget voor uitvoering zijn de processen ter voorbereiding van de uitvoering ook vertraagd.
Subsidies € 2,2 miljoen; voor een bedrag van € 1,1 miljoen komt dit door subsidies die eind 2024 lager vastgesteld zijn (projecten zijn bijvoorbeeld goedkoper uitgevallen of sommige opgevoerde kosten voldoen niet aan de subsidievoorwaarden, ook heeft een aanvrager zelf gevraagd zijn subsidie in te trekken). Hiernaast is het niet gelukt om alle subsidieaanvragen in 2024 af te handelen, er is bijvoorbeeld een aanvraag langer blijven liggen omdat er veel onduidelijkheid over de status van de aanvraag was, deze schuiven door naar 2025.
Inrichtingskosten € 500.000; met het wegvallen van het Transitiefonds is grote onzekerheid ontstaan over de financiering van de uitvoering. Door de onzekerheid over toekomstig budget zijn er minder projecten tot uitvoering gekomen.
Bijkomende kosten grondaankopen € 462.000; in 2024 is minder aangekocht dan verwacht, er zijn een aantal aankopen naar 2025 geschoven, inclusief de bijkomende kosten.
Groenprojecten; minder uitgevoerde werkzaamheden aan de faunapassage A1 en de faunapassage Maxisweg (€ 776.000) daarnaast is er voor € 90.000 meer uitgegeven aan faunapassages OVP.
Als gevolg van lagere investeringskosten faunapassages N201 is er € 1 miljoen minder overgeheveld van de reserve Groen naar de reserve Kapitaallasten Groen.

5.371

1.011

-6.793

-411

Voornaamste oorzaken van de lagere lasten en baten uit SPUK L16 (Programma Natuur):
Voor € 4,4 miljoen omdat de subsidies die via de B-regeling aan medeoverheden zijn verstrekt via de balans ontvangen en doorbetaald worden, zonder dat de baten en lasten worden geraakt (kassiersfunctie).
Voor € 3,3 miljoen is de verplichting doorgeschoven naar volgende jaar ivm de BBV regels mbt subsidies van meer dan € 1,5 miljoen.

7.818

-7.887

-69

5.1. Programma Groene uitweg uitvoeren

Voor € 474.000 zijn werkzaamheden en subsidieverantwoordingen doorgeschoven naar 2025. Dat heeft meerdere redenen, waaronder langere afstemming met een terreinbeherende organsatie. Daarnaast zijn voor € 140.000 voor subsidies lagere eindverantwoordingen ingediend. Een verleende subsidie voor buitenplaats Trompenburgh blijkt voor € 295.000 niet te realiseren, deze subsidie valt vrij. Per saldo € 909.000 lagere lasten dan begroot.
Per saldo een € 621.000 lagere onttrekking aan de reserve Groene Uitweg.

909

-916

-7

5.2. Tegemoetkoming faunaschade uitkeren

Op basis van recente informatie vanuit BIJ12/Faunafonds wordt verwacht dat de te betalen schade en bijkomende kosten over 2024 uit gaat komen op een totaalbedrag van € 28,8 miljoen. De achterliggende oorzaak hiervan is dat het aantal aanvragen fors is toegenomen (35% meer aanvragen tov 2023) en er is een hoger schadebedrag per aanvraag. Dit laatste komt voornamelijk door schade van de houtduif bij kapitaalintensieve gewassen (bijvoorbeeld de schade aan bloemkool van € 0,9 miljoen naar € 5,3 miljoen).

-6.674

-6.674

5.3. Bijdragen aan regionale samenwerking t.a.v. groen

Op de SPUK Impuls veenweiden zijn minder lasten gerealiseerd doordat enkele subsidies later worden beschikt dan verwacht. De baten uit de SPUK verschuiven mee met de lasten. De bestedingstermijn van de Spuk-middelen is verlengd tot 2028, waardoor genoeg tijd resteert om de gelden te besteden.

1.787

-1.787

0

5.3. Balans ecologie en economie Waddengebied

Hogere storting in de reserve Subsidies Cofinanciering Waddenzee en lagere lasten uit de reserve Cofinanciering Wadden. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een aanvullende subsidie van € 925.000 voor het project “Waddenbaai fase 1”. De oorspronkelijke subsidie voor dit project was meer dan € 1,5 miljoen, daarom is ook voor deze aanvullende subsidie de BBV regels van meer dan € 1,5 miljoen van toepassing. Als gevolg hiervan wordt het bedrag van € 925.000 in de reserve Subsidies Cofinanciering Waddenzee gestort ipv deze rechtstreeks als last te nemen uit de reserve Cofinanciering Waddenzee.
Lagere lasten uit de reserve Subsidies Cofinanciering Waddenzee omdat bij de aanvullende subsidie voor het project Waddenbaai fase 1 tegelijkertijd ook het uitgavenpatroon over de afgelopen en toekomstige jaren aangepast is.

4.154

-925

-3.291

-62

5.4. Schoon en voldoende grondwater bevorderen

De lasten die toe te schrijven zijn aan de Grondwaterheffing zijn € 0,6 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. De baten zijn met de lasten op gelijke hoogte gebracht door een onttrekking aan de Voorziening Grondwaterheffing. Lasten en baten Grondwaterheffing leveren per saldo € 0 resultaat op. Dat er toch een verschil van € 40.000 zichtbaar is, komt door leges voor vergunningen grondwateronttrekking. Begroting en realisatie van deze leges hadden op een ander beleidsdoel moeten landen dan de grondwaterheffing. Met ingang van 2025 is dit geëffectueerd.

-611

572

-39

5.6. Europese landbouwprojecten cofinancieren

De lasten en de onttrekking aan de reserve Europese landbouwsubsidies zijn fors lager uitgevallen dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door correcties op lasten en onttrekkingen. De openstaande verplichting voor de cofinanciering is met € 998.000 naar beneden bijgesteld. RVO berekent de openstaande verplichtingen op de subsidieregelingen per 31-12. Binnen POP3 vinden in 2024 en 2025 de eindvaststelingen plaats. Dit levert lagere verplichtingen op en een lagere onttrekking aan de reserve. Verder hebben correcties plaatsgevonden op 2021 (€ 237.000) en 2023 (€ 209.000) waardoor de onttrekking in 2024 lager uitvalt.

2.197

-2.197

0

Capaciteitskosten

Voor de toelichting op de capaciteitskosten van programma 5 wordt verwezen naar de toelichting in paragraaf Bedrijfsvoering.

1.066

104

1.170

Overige verschillen afzonderlijk programma 5 ≤ € 250.000

663

-31

-218

-147

267

Deze pagina is gebouwd op 05/22/2025 13:13:12 met de export van 05/22/2025 13:06:10